Explore various types of software testing with descriptions available in English and Dutch. Use the buttons below to toggle between languages.
Testing individual units or components of the software to verify if they function correctly. This often involves writing test cases for individual functions or methods.
Testing the interaction between different units, modules, or subsystems to ensure they collaborate effectively. This includes identifying and resolving issues in component interfaces.
Verifying if the software meets functional specifications and requirements. This includes testing the software's functionality in line with expected outcomes.
Evaluating non-functional aspects of the software, such as performance, security, scalability, usability, and compatibility.
Repeating previously executed test cases to ensure that new code changes have not caused unintended side effects.
A superficial set of tests to determine if the software is ready for more extensive testing. It is often performed after new builds or updates.
Testing performed by end-users or clients to determine if the software meets their expectations and deserves approval for implementation.
An unstructured testing approach where testers explore the software and create test cases spontaneously based on their discoveries.
Testing the boundary conditions of input data to see how the software responds to the edges of valid and invalid values.
Identifying vulnerabilities and security flaws in the software to ensure data and functionality protection against attacks.
Evaluating software performance under expected user loads to ensure scalability and performance.
Subjecting the software to extreme high loads or unfavorable conditions to observe its behavior.
Verifying if the software works well on different operating systems, browsers, devices, and software configurations.
Evaluating the user experience and usability of the software to ensure it is easy to understand and use.
Using automated scripts and tools to perform repeatable and reproducible tests, especially useful for regression testing.
Analyzing source code, design documents, and other artifacts without actually executing them to identify errors and issues.
Actively running the software and test cases to validate its operation.
Internal testing phase where developers internally test the software before it goes to external users.
A limited release of the software to a select group of external users for further evaluation and feedback.
Comparing two different versions of the software (A and B) to determine which version performs better based on specific criteria, such as user behavior.
Testen van individuele eenheden of componenten van de software om te controleren of ze correct functioneren. Dit omvat vaak het schrijven van testcases voor afzonderlijke functies of methoden.
Testen van de interactie tussen verschillende eenheden, modules of subsystemen om ervoor te zorgen dat ze goed samenwerken. Dit omvat het identificeren en oplossen van problemen in de interfaces tussen componenten.
Verifiëren of de software voldoet aan de functionele specificaties en vereisten. Dit omvat testen van de functionaliteit van de software in overeenstemming met de verwachte resultaten.
Evaluatie van niet-functionele aspecten van de software, zoals prestaties, beveiliging, schaalbaarheid, bruikbaarheid en compatibiliteit.
Het herhaaldelijk uitvoeren van eerder uitgevoerde testcases om ervoor te zorgen dat nieuwe code-wijzigingen geen ongewenste bijwerkingen hebben veroorzaakt.
Een oppervlakkige set van tests om te bepalen of de software klaar is voor uitgebreidere testen. Het wordt vaak uitgevoerd na nieuwe builds of updates.
Testen uitgevoerd door eindgebruikers of klanten om te bepalen of de software voldoet aan hun verwachtingen en goedkeuring verdient voor implementatie.
Een ongestructureerde testaanpak waarbij testers de software verkennen en testcases spontaan creëren op basis van hun ontdekkingen.
Testen van de grensvoorwaarden van inputgegevens om te zien hoe de software reageert op de randen van geldige en ongeldige waarden.
Het identificeren van kwetsbaarheden en beveiligingslekken in de software om te zorgen voor de bescherming van gegevens en functionaliteit tegen aanvallen.
Het evalueren van de prestaties van de software onder verwachte gebruikersbelasting om schaalbaarheid en prestaties te waarborgen.
Het onder druk zetten van de software om te zien hoe deze zich gedraagt bij extreem hoge belastingen of ongunstige omstandigheden.
Verifiëren of de software goed werkt op verschillende besturingssystemen, browsers, apparaten en softwareconfiguraties.
Evalueren van de gebruikerservaring en bruikbaarheid van de software om te zorgen dat deze gemakkelijk te begrijpen en te gebruiken is.
Het gebruik van geautomatiseerde scripts en hulpmiddelen om herhaalbare en reproduceerbare tests uit te voeren, vooral handig voor regressietests.
Het analyseren van de broncode, ontwerpdocumenten en andere artefacten zonder ze daadwerkelijk uit te voeren om fouten en problemen te identificeren.
Actief uitvoeren van de software en testcases om de werking ervan te valideren.
Interne testfase waarbij ontwikkelaars intern de software testen voordat deze naar externe gebruikers gaat.
Een beperkte release van de software aan een selecte groep externe gebruikers voor verdere evaluatie en feedback.
Het vergelijken van twee verschillende versies van de software (A en B) om te bepalen welke versie beter presteert op basis van bepaalde criteria, zoals gebruikersgedrag.